Vrijheid zoals in het Wilde Westen

Mijn auto mijn vrijheid. Het blijft de lijfspreuk van menig burger. Velen verstaan onder vrijheid dat men zich de weg mag toe-eigenen zonder rekening te houden met anderen: “De weg is van iedereen, maar uw stuk is achter mij.” Pijnlijk duidelijk voorbeeld hiervan is de Vrijheidstraat. Vrijheid staat hier garant voor toestanden als in het Wilde Westen. De nochtans talrijke fietsers worden er weggedrukt door het razende autoverkeer.

Voor wie de Vrijheidstraat niet kent: in deze drukke centrumstraat bevinden zich verschillende scholen. Wagens kunnen in één richting rijden. Fietsers in beide richtingen. Fietsers in de andere richting kunnen het aanliggend gelijkgronds fietspad gebruiken. De straat is ook een drukke bus route en er is een halte op de rijbaan aan het einde van de straat.

Het fietspad is van de rest van de rijweg gescheiden door een doorlopende witte streep. Ik herinner u even aan wat de wegcode zegt over deze streep: deze betekent dat het iedere bestuurder verboden is deze te overschrijden.

Als Winnetou op zijn stalen ros neem ik u mee op het fietspad, de cowboys trotserend. Reeds aan de bushalte begint de ellende. Een bus laat zijn passagiers in- en uitstappen. De automobilisten achter de bus hebben geen geduld en gebruiken het fietspad om de bus in te halen. Niet alleen levensgevaarlijk voor de fietsers op dit pad, ook voor de voetgangers op het zebrapad net achter de bushalte. We fietsen verder en moeten dubbel uitkijken voor de wagens die van het Vredeplein komen en die voorrang moeten verlenen. Velen letten goed op, maar sommigen hebben enkel oog voor de aankomende auto’s van hun rechterkant. Als je denkt dat de calvarietocht daarna voorbij is, ben je mis. De bocht aan de Sint-Jorisstraat wordt door een meerderheid van de autobestuurders vakkundig afgesneden. Jawel, over de volle witte lijn en over het fietspad. Ik heb vrachtwagens gezien die het lukt de bocht te nemen zonder de witte lijn te raken, doch velen in een klein stadswagentje slagen er niet in zonder de helft van het fietspad mee te nemen. Ook fietsers zijn niet vrij van zonde, want menig fietser gebruikt dit fietspad in de verkeerde richting, wat voor verwarrende en gevaarlijke toestanden zorgt. Oef, we zijn heelhuids op het Esplanadeplein geraakt.

Maar wacht. Ik ben nog niet uitgeraasd over de doorlopende witte streep. In de andere richting maakt deze lijn het mijn inziens onmogelijk om met de wagen op een veilige manier een fietser in te halen. Door de smalle inrichting van de straat is het eigenlijk  een fietsstraat “by default”. Toch willen wagens je scalp. Ze willen koste wat kost inhalen. Meestal staan ze 100 meter verder in de file. Daar staan ze liefst zo ver mogelijk naar rechts zodat je niet meer voorbij kan.

Zo, en dan heb ik het nog niet eens gehad over het wild parkeren op de voetpaden en de geïmproviseerde kiss and rides op fietspad en zebrapaden.

Men zou de inrichter van de weg hierop kunnen aanspreken. Er zijn zeker punten voor verbetering vatbaar. Zo zou het fietspad verhoogd kunnen worden, wat zou kunnen aanmoedigen om er niet met de wagen over te rijden. Idealiter wordt de straat ingericht als fietsstraat, al lijkt het twijfelachtig of De Lijn hierover ooit zijn fiat zou geven. De aanwezigheid van de brandweer zal een aanpassing van het wegbeeld ook niet vereenvoudigen. Op korte termijn kan er misschien een fietssuggestiestrook richting Vredeplein aangelegd worden, ook om links fietsen te ontmoedigen. Het kan op de nieuwe Moorselbaan, dus het zou hier ook kunnen, alsook in bijvoorbeeld de Dirk Martensstraat.
Laat ons echter geen totale heil verwachten van een infrastructuuraanpassing. Wat echt moet veranderen, is de mentaliteit van de weggebruikers. In de Vrijheidstraat, en bij uitbreiding in gans het centrum, zou de fiets thuis moeten zijn en de auto te gast. Laat steeds ruimte voor fietsers, anticipeer op de situatie, haal geen fietsers in om hen even verderop te hinderen. Fietsers en automobilisten moeten samen de weg gebruiken, liefst zonder strijdbijl en met de vredespijp.

 

© Wim Daelman

 

Plaats een reactie